Rechten van verstandelijk gehandicapten
Verklaring
van de rechten voor mensen met een verstandelijke beperking.
1 Mensen met een verstandelijke handicap genieten zo veel
als doenlijk dezelfde rechten als
andere mensen.
2 Mensen met een
verstandelijke handicap hebben recht op behoorlijke medische verzorging
en fysieke therapie, en ook op
het onderwijs, de opleiding, de rehabilitatie en de
begeleiding,
door middel
waarvan ze instaat worden gesteld hun vaardigheid
te ontwikkelen en hun
potentiële mogelijkheden
tot ontplooiing te brengen.
3 Mensen met een
verstandelijke handicap hebben
recht op economische zekerheid en op een behoorlijke levensstandaard. Ze hebben
het recht productieve arbeid te verrichten
of zich bezig te houden met ander zinvol werk in de mate die hun vermogen
hun toestaan.
4 Als het
mogelijk is, moeten mensen met een verstandelijke handicap met hun andere
gezinsleden samenwonen of bij pleegouders, en deelnemen aan verschillende vormen
van maatschappelijk leven. Het gezin waarvan ze deel uitmaken, moet bijstand
ontvangen. Als de verzorging in een inrichting noodzakelijk is, dan moet dit
gebeuren in een omgeving en onder omstandigheden die een normaal leven zo dicht
mogelijk benaderen.
5 Mensen met een
verstandelijke handicap hebben recht op bijstand van een bevoegd curator, als
dit ter bescherming van hun persoonlijk welzijn en hun persoonlijke belangen
noodzakelijk is.
6 Mensen met een
verstandelijke handicap hebben recht op bescherming tegen uitbuiting, misbruik
en onterende behandeling. Als mensen met een verstandelijke handicap voor enig
delict worden vervolgd, hebben ze recht op een behoorlijke rechtsgang, waarbij
ten volle rekening wordt gehouden met de mate van toerekeningsvatbaarheid.
7 Als mensen met
een verstandelijke handicap vanwege de ernst van hun handicap niet in staat zijn
al hun rechten op een behoorlijke manier uit te oefenen, of als het
noodzakelijk is enige of al deze rechten te beperken of hun deze te
ontzeggen, dan moet de procedure passende wettelijke waarborgen bevatten tegen
elke vorm van misbruik. Deze procedure moet zijn gebaseerd op een beoordeling van de mate van socialisatie van de persoon met een
verstandelijke handicap door bevoegde deskundigen; ze moet periodiek worden
herzien en vatbaar zijn voor hoger beroep.
zie ook rechten van mensen met een verstandelijke beperking
Vraag
11:
Wordt in jouw instelling rekening gehouden met
deze rechten? Wat vind
jij van deze rechten?
Verwerk jouw mening in de
werkmap. Ga een discussie aan via het
internet over deze rechten.
SPW3 SPW4 en MZ Home